Het is net alsof we al heel lang onze adem inhouden, vind je ook niet? En het gaat doorgaans niet zo goed met mensen die hun adem te lang in moet houden. Die lopen blauw aan en zo.
Vorig weekend liep ik langs plekken waar mensen genoten van het ijs. Er werd plezier gemaakt, gelachen en genoten. En dat genieten, dát is nu eens echt leven. Leven zoals het bedoeld is. Volop genieten. En genieten doe je als het even kan met elkaar. Het is als adem, en we hebben het allemaal nodig. Niemand uitgezonderd.
Ik zag ze zitten op het bruggetje, de jeugd. Muziekje aan, en lekker naast elkaar op de reling. Even verderop stonden mensen gezellig bij elkaar naast een vuurschaal. Ook weer een muziekje aan, iets te hard voor het fatsoen misschien, maar goed, soms moeten dingen gewoon even mogen. Marshmallows erbij, praten, lachen en genieten. Samen zijn. Ademen. Want zo voelde het voor mij, alsof mensen weer besloten om te gaan ademen. Een aantal familieleden vertelde me dat het op het ijs voelde alsof er even geen corona meer was. Mensen maakten contact met elkaar en stonden in groepen bij elkaar.
Alles bij elkaar vond ik niet dat het voelde als opstandigheid ten opzichte van alle contact beperkende regels. Dat niet, maar meer als een soort gemeenschappelijk gevoel. Een soort oergevoel dat gevolgd werd. Laten we weer genieten, laten we weer leven. Met elkaar. Samen.
En nu, precies een week later, kan ik me bijna niet voorstellen dat we ooit op het ijs konden. De sneeuw is verdwenen als sneeuw voor de zon. De temperatuur ligt bijna 20 graden hoger en opnieuw trekken mensen erop uit. Lekker naar buiten. Lekker genieten. Ik doe ook een klein ommetje en loop langs de rivier. Wat is het druk! En wat voelt het ontspannen! Ergens ben ik bang dat iemand het ons weer af gaat nemen. Dat er hekken geplaatst gaan worden en dergelijke. Dat er overal commentaar komt op al die mensen die maar gewoon doen (en daar ben ik er dan één van zeg maar). Ik vraag me af hoe lang je zo met een volk om zou kunnen gaan. Want mensen hebben ‘lucht’ nodig. En ondanks de enorme veerkracht die ik zie, begint het gemeenschappelijke gevoel van onrust en benauwdheid toe te nemen. Alsof iedereen tot in zijn botten voelt dat ze hun adem niet veel langer in kunnen houden.
Ik ben van nature iemand die zich niet zo snel druk maakt om dingen, tenzij ik ergens passie voor voel. Des te meer verbaas ik mij er over dat ik nu steeds vaker te maken heb met emoties die worden veroorzaakt door alles wat niet meer is. Niks gaat meer vanzelf of spontaan. Alles is gearrangeerd en het is altijd even aftasten hoe bang je medemens al dan niet is. Want respect voor de ander blijft natuurlijk gewoon belangrijk. Voor mijn avondwandelingetje ben ik nu vaak te laat. En het begint er bij in te schieten, want mijn ritme moet worden aangepast en dat heb ik al te vaak moeten doen. De flexibiliteit gaat er uit. Zelfs bij mij. Ik voel me verstikt. En al helemaal met mijn mondkapje op. Ademen voelt dan niet fijn, ik kan de gezichten van mensen niet meer lezen en ik krijg steeds meer de neiging om de handdoek in de ring te gooien en te denken: ‘Laat maar, ik wacht wel tot alles weer normaal is’. Soms fantaseer ik zelfs over een soort winterslaap. Maar nu ik de krokussen in onze kleine voortuintje zie, denk ik dat ik alle pracht van de lente eigenlijk ook niet wil missen.
Toch vraag ik mij af. Wat zou er gebeuren als we weer een beetje konden gaan leven? Als mensen weer wat meer kans hebben op dat geluks hormoon in hun lijf. Dat hormoon dat je krijgt en dat goed is voor je weerstand weet je wel. Dat krijg je toch door sociale contacten, bewegen (sporten) en je niet al te veel zorgen maken? Ik maak me soms echt wel een beetje druk. Zeker als ik nieuwsberichten lees. Wanneer sluit de school van mijn kinderen vanwege positieve testen, en hoe vangen we dat op? Wanneer moet ik in quarantaine met mijn gezin? Hoe gaan de mensen het redden die nu geen inkomen hebben, welke puinhoop moeten we met elkaar straks opruimen?
Adem in, adem uit. Ademhalen. Rustig. We doen wat we kunnen. Wie kan door zich zorgen te maken ook maar één el aan zijn levensduur toevoegen? (Mat. 6:27). Ik niet. Het helpt voor geen meter! Alle coronaperikelen vliegen me soms een beetje naar de keel, maar tegelijkertijd weet ik eigenlijk ook wel dat er een ‘Way Out’ is. Een God die wél weet hoe het zit. Stiekem vroeg ik mij af of Hij ons dat prachtige weekend met sneeuw en ijs heeft gegeven. Gewoon, zodat we weer even een flinke ademteug konden nemen. En dan nu dít prachtige weekend. Daar zijn maatregelen niet tegen bestand en het is nog gratis ook! Dus laten we leven. Genieten van wat God ons geeft. En als ik weer even het gevoel heb dat ik het benauwd krijg, dan weet ik bij wie ik terecht kan. Want echte adem, levensadem, komt van niemand minder dan de schepper van de hemel en de aarde.
Bedankt voor je eyeopener, had ik nodig.
Wat fijn dat je er wat aan hebt!